Nieuws

—————————————————————————————————————————————————————————————–

13-3-2024

Concretiseringsplan Nedersaksisch voor de jaren 2024-2025

Voor elk doel hierna voert SONT een lobby. Bij overheden, bij politieke partijen, in de media, in het publieke debat. SONT vraagt ieders inzet en steun.

  1. Wij verzoeken de Nedersaksische overheden de toepassing van deel III van het Europees handvest voor regionale talen of talen van minderheden opnieuw bij de minister aan te vragen. Nederland heeft immers recent ook het Papiaments erkend onder deel III. In 1998 gebeurde dat al voor het Fries. Wij vragen met klem gelijke behandeling. Meer dan eens is die door het ministerie van Binnenlandse Zaken afgewezen, terwijl onder meer de juristen J. Jans en M. Herweijer hadden aangetoond dat erkenning onder deel III heel wel mogelijk is (zie hun rapport Nedersaksisch waar het kan). Ook was er, al vanaf 1995, regelmatig steun in de Tweede Kamer. De laatste afwijzing was in 2013, door toenmalig minister Plasterk van Binnenlandse Zaken.[i] Toelichting: toepassing van deel III is veel beter dan alleen erkenning onder deel II. Deel III is concreter en sterk bindend, veel meer dan deel II. Bovendien wordt het huidige onderscheid ‘Nedersaksisch = deel II-taal, geen III-taal’ soms misbruikt om onze Nedersaksische taal uit te sluiten. Zo vond de KNAW onlangs dat voor het Nedersaksisch en Limburgs geen bacheloropleidingen ingericht hoeven te worden maar wel voor het Fries, zijnde een deel III-taal. Er heerst een vicieuze cirkel: men krijgt geen erkenning onder deel III omdat de voorzieningen er (nog) niet zijn, en men krijgt geen voorzieningen omdat er geen erkenning onder deel III heeft plaatsgevonden. De erkenning deel III moet daarom snel tot stand komen; indien niet door de minister dan door een meerderheid in de Tweede Kamer. Een ongelijke behandeling ten opzichte van het Fries en Papiaments kan niet blijvend zijn. (Toepassing van deel III zou sowieso moeten plaatsvinden; zo zegt het Rapport van Uitleg: ‘49. (…) In het handvest wordt er in principe wel vanuit gegaan dat staten gebruikmaken van de mogelijkheden van Deel III, omdat daarin de essentie van de door het Handvest geboden bescherming is vastgelegd.’)
  2. In de Grondwet moet spoedig een artikel opgenomen worden van de volgende inhoud: ‘Nederland beschermt en bevordert zijn regionale talen Nedersaksisch, Limburgs, Papiaments en Fries’. Toelichting: vanaf de jaren tachtig al moeten wij onophoudelijk strijd leveren voor verbetering van de positie van het Nedersaksisch, en steeds opnieuw moeten we uitleggen dat dat nodig is en waarom. De Grondwet moet worden voorzien van het genoemde tekstvoorstel. Dat kreeg al veel medestanders tijdens het Symposium erkende talen in Wolvega (21-4-2022). Voorbeeld is geweest de Duitse deelstaat Sleeswijk-Holstein, waar Nederduits, Fries en Deens grondwettelijke bescherming genieten. (N.B. Enkele politieke partijen in Nederland willen wel opneming van het Fries in de Grondwet, maar ‘vergeten’ het Nedersaksisch. Laten we nieuwe achterstelling en ongelijkheid voorkiomen. Ons Nedersaksisch moet hoe dan ook in de Grondwet.)
  3. Het gebruik van het Nedersaksisch in bestuurlijk verkeer moet vrij zijn. Daartoe moet de wet AWB aangepast worden, omdat die in zijn huidige formulering juist het gebruik belemmert. Dat is in strijd met Handvest en Convenant. Wij vragen daartoe bij de minister aan te dringen op verbetering. Eerder is dit voorstel gelanceerd op het Symposium erkende talen in Wolvega (21-4-2022), en het kreeg veel bijval. Het tekstvoorstel is: ‘Provinciale en gemeentelijke overheden en onder hun verantwoordelijkheid werkzame personen mogen naast het Nederlands de in hun gebieden erkende regionale talen gebruiken’. Ons verzoek aan de minister schijnt doorgestuurd te zijn naar de Nedersaksische overheden. Maar dit is nu juist iets wat alleen de minister zelf kan verwezenlijken: alleen het Rijk kan wetten instellen of aanpassen. En dat laatste moet het Rijk zo snel mogelijk doen.
  4. Naar analogie van het Fries is er een wet op het gebruik van het Nedersaksisch nodig. Dit temeer omdat de wet voor het Fries ook voor de Nedersaksische gemeente Oost-Stellingwerf geldt. Dat gebied is vanouds grotendeels Stellingwerfstalig. Er zijn wel meer en meer Nederlands- en Friestaligen komen wonen, maar het Stellingwerfs heeft er nog steeds een vaste positie en Stellingwerfstaligen mogen niet achtergesteld worden bij Friestaligen. In tegenstelling met het Fries heeft het gebruik van het Nedersaksisch nog steeds geen bescherming door een wet. Deze ongelijkheid moet weg door middel van een wet Nedersaksisch. We stellen voor om een jurist uit te nodigen om die wet voor te bereiden – voor het hele gebied van het Nedersaksisch uiteraard. Verder moet in Stellingwerf het Stellingwerfs Nedersakisch, naast het Nederlands, ook als officiële taal gelden, net als het Fries voor het geheel van de provincie. Tot nu toe noemen de lagere overheden het Stellingwerfs niet als officiële regionale taal. Dat is onterecht en moet veranderen.
  5. Overeenkomstig wat het handvest voorstaat met betrekking tot plaatsnaamborden en in aansluiting bij wat het convenant vraagt, nl. de zichtbaarheid van de regionale taal, vragen wij de Nedersaksische overheden het voortouw en de coördinatie te nemen bij de invoering van tweetalige plaatsnaamborden in het hele gebied. Het voortouw: het betreft weliswaar een gemeentelijke bevoegdheid, maar de provincies kunnen ertoe oproepen. Voorbeelden zijn o.m. te vinden op verschillende plaatsen in Drenthe en Overijssel. De streektaalinstituten kunnen behulpzaam zijn in dezen. Voorbeeld van de procedure: de provincie Fryslân heeft de gemeenten indertijd opgeroepen om de Friese (of Stellingwerfs-Nedersaksische, of anderszins streektalige) waternamen vast te stellen en in officieel gebruik te nemen. Dat is vervolgens gebeurd.
  6. In alle vormen van educatie moet structureel onderwijs in en over het Nedersaksisch plaatsvinden, en over de geschiedenis van het gebied. Het taalonderwijs moet georganiseerd zijn in doorlopende leerlijnen. Dit is conform de aanbevelingen van de Raad van Europa. Daarin staat dat structureel onderwijs noodzakelijk is. Dit is tevens in lijn met het Convenant Nedersaksisch.
  7. Het Convenant Nedersaksisch vraagt om kennisontwikkeling en -verbreiding. Met name is een bacheloropleiding Nedersaksisch nodig, vooral om op de diverse posities vakmensen aan de slag te kunnen krijgen. Zie bijgaande brief aan de minister hoe wij ons die opleiding inhoudelijk voorstellen. De formuleringen zijn opgesteld samen met de voorzitter van de Raod veur ’t Limburgs. De analogie met het Fries leert dat de bacheloropelding jaarlijks zo’n zes tot zeven ton kost. Voor de helft te bekostigen door het Rijk[ii], en voor de helft door de regio’s.
  8. Nodig is ook de instelling van een zogeheten practoraat voor het gehele gebied van het  Nedersaksisch (zie het kaartje onderaan), naar analogie van het Fries. De Overijsselacademie wil hiertoe het initiatief nemen, en beoogt daarbij samenwerking met de Hogeschool Windesheim. Punt is dat mensen in de praktische beroepen vakkundig en doelgericht om moeten kunnen gaan met de regionale taal. Met name moet gedacht worden aan de zorg, in het bijzonder aan de verpleging. 
  9. Het Nedersaksisch behoeft versterking in de regionale en lokale media. Landelijk is erover gesproken om bij de eerstvolgende wijziging van de mediawet daarin ook Nedersaksisch en Limburgs op te nemen en die talen een beschermde status toe te kennen. Met ook een doelbepaling dat ongeveer 50% in de nieuwsvoorziening in de regionale taal gebeurt, uiteraard in de taalvorm die bij het desbetreffende gebied past (zie het kaartje). Wij vragen van de regionale overheden om zich hiervoor in te zetten.
  10. Eveneens is nodig, voor een blijvend sterke, (des)kundige inzet op het punt van de nieuwsvoorziening over Nedersaksisch en Nedersaksische cultuur in de media, de ontwikkeling en verzorging van speciale modules aan een of meer journalistenopeldingen. Ook op dit punt gaat de Overijsselacademie het voortouw nemen en onderzoekt daarbij de mogelijkheid van samenwerking met de Hogeschool Windesheim (Ook dit kan ten goede komen aan alle taalregio’s, zie het kaartje onderaan.)

[i] Zie bijgevoegd verslag van de laatste discussie in de Tweede Kamer

[ii] Voor het Fries inmiddels toegezegd door minister Dijkgraaf


Canon van et Nedersaksisch

Al hiel lange verwaacht en daor hi’j hi’j dan: de Canon van et Nedersaksisch. Wat zol de Nederlaander eigenlik weten moeten? Philomène Bloemhoff schreef een veurstel, naor et veurbeeld van de canon veur de Nederlaanse literetuur. De Canon Nedersaksisch is te kriegen via

https://www.boekenbestellen.nl/ePUB/canon-van-et-nedersaksisch/65189

De Canon verscheen ok in Jaorboek Nedersaksisch 2023 (4). Dat jaorboek is op pepier te kriegen en bestaot ok as e-boek. Ie kun d’r an kommen via

https://www.boekenbestellen.nl/boek/jaorboek-nedersaksisch-4-2023/9789464817591

Kommentaor SONT bi’j kommentaor van de Nederlaanse regering op et laeste visitaosierappot van de Raod van Europa.

Et visitaosierappot is hier te vienen:

https://rm.coe.int/netherlandsecrml7-en/1680aa8930

En et kommentaor van de NL-regering hiere: 

https://rm.coe.int/netherlands-iria7-en/1680ae9ef0

Oons kommentaor, dus van de orgenisaosie SONT, wodde vraogd deur de Raod van Europa en is dus opstuurd an de Raod van Europa, dat wil zeggen an Division of National Minorities and Minority Languages, Directorate of Anti-Discrimination, DGII Democracy, Council of Europe

Dit was oons kommentaor: 

I hereby send you the response from the umbrella organization SONT ‘Regional Language Organizations Low Saxon area [in the Netherlands]’. Our organization is not governmental. We apologize for our somewhat delayed response.

General remarks

First we will make some more general comments. The Dutch government excluded Low Saxon since 1995 from part III of the Charter. The Covenant Nedersaksisch / Low Saxon was made after that the government decided again and again to implement only part II to Low Saxon. The last time was after about seventeen years of discussion. The government has consistently failed to provide reliable arguments for this, arguments that are in line with the charter. That is why this position is in conflict with the Charter, which assumes that in normal cases a regional language should fall under both Part II and Part III, having regard also to paragraph 42 of the Explanatary Report, which states that the reasons for not applying Part III must be compatible with the spirit, purposes and principles. However, that is not the case. For that reason alone, Part III should immediately be applied.

The Covenant for the Low Saxon regional language was established october 2018. If it had been used effectively, there would have been an employment of good governance. But until now this has not been the case. On the contrary, no policy initiatives emerged. A certain outside initiative was even frustrated. The umbrella organisation SONT proposed to change the law called Algemene Wet Bestuursrecht ‘Law for general administration’ to make it possible that speakers of Low Saxon (and Limburgian) are allowed to speak their regional language in the domain of administration without any restrictive regulations. According to the Covenant the central government is obliged to help in the case provinces and municipalities don’t have the authority. Changing of the law is such a case. But the central government made no effort to do so itself and is asking now the regional and local authorities what to do, for the Covenant excludes the introduction of new laws. But in fact all that has been asked for is an amendment to a law, due to a passage that frustrates a free use of Low Saxon.

This and the fact that the Covenant does not work in a sufficient way makes that SONT no longer accepts the rejection of Part III for Low Saxon. We have started a new offensive to achieve ten concrete goals. 

The most important goals are: 

  • Part III should be applied to Low Saxon immediately
  • Design a continuous learning path of structural education in Low Saxon
  • Include the protection of Low Saxon in the constitution, like in some northern German states with respect to Low German 
  • Make the free use of Low Saxon possible in the domain of regional and local governments
  • Establish a law for the use of Low Saxon 
  • Concretize a bachelor’s degree for Low Saxon
  • Ensure that local en regional television and radio-broadcast is for at least 50% in the Low Saxon language

We recommend that all these points are set out in the context of the relevant paragraphs of part III of the Charter. Otherwise, the central government will reject proposals. They recently did so with respect to our proposal concerning a bachelor’s program. According to the minister, ‘Low Saxon is not recognized with respect to part III; Frisian does and therefore receives a bachelor’s degree.’  So Low Saxon will lack bachelor’s programs because of the exclusion of part III.

We now come to your special questions, with respect to: 

Recommendation 2a. Prepare a strategy to ensure the teaching and study of Low Saxon as a subject at all levels of education and promote its use in preschool education

Recommendation 2b. Set up a body responsible for representing the interests of Low Saxon speakers at national level

Recommendation 2a.

The advice of the Council of Europe has always been that the national government should introduce a national, broad strategy for Low Saxon, for all forms of education. The central government occasionally repeats that the law offers the possibility of education in Low Saxon. Our comments on this are as follows. Unfortunately the government does nothing to realize curricula and the legal option for structural education. The government says that provinces and municipalities can develop activities. However, provinces and municipalities do not have the option to oblige schools to do so. They only can offer material that can be used in a structural manner. But the central government is responsible for the actual use of the material, for continuity and quality assurance.

Recommendation 2b

Although we highly value the Covenant as a partnership between the Lower Saxon authorities, it cannot be considered either as a representative representation or as a body at national level. So, similar to the Limbörgse Academie  ‘Limburgian Academy’, we conclude ‘(…) that neither the collaboration in the Covenant nor the governments of the Low Saxon provinces and municipalities fulfill the criteria under the Charter to be a ‘body responsible for representing the interests of Low Saxon speakers at national level‘. 

We once again ask for a body at national level in which speakers in the regions are represented and which has a link with the ministries and the national parliament. An example is the Council of Low German / Bundesrat för Nedderdüütsch (Hamburg) at a sub-national level, which represents the speakers / organizations of Low German, and which is also connected to the Bundestag and the Federal Government of Germany.

Concluding remarks

We refer to the commentary of the Limburgian Academy regarding the legal objections to the way in which the Dutch government has applied the charter up to now. The method of application for Low Saxon is largely comparable to that of Limburgish. There is no need to repeat the same comment.

We would like to urge that the Dutch parliament will strictly monitor the loyal application of part III and the actual implementation of it by the Dutch central government. In our opinion, the Dutch representatives in the parliament of the Council of Europe should also play a strong role.

With the greatest respect,

Dr. Hans Gerritsen, chairman of SONT

Dr. Henk Bloemhoff, secretary of SONT


Oproep

Beste lezer,

Wi’j van SONT hebben tegere mit de Raod veur ‘t Limburgs een poze leden de volgende brief an de verschillende poletieke perti’jen stuurd. Dit ter info. We hopen dat et helpt, want dat is wel neudig. Hoort zegt het voort, ok dat is slimme neudig, en help zels ok aj’ mar even kunnen. Ondersteun waor aj’ dat de kommende tied mar kunnen. 

Ok hebben wi’j van SONT een amendement an GruunLinks/PvdA stuurd, een amendement bi’j et perti’jpergramme. Steun et aj’ lid binnen van disse perti’j. Ze willen wel meer veur et Limburgs investeren, mar ’t Nedersaksisch wodt niet nuumd. Hielemaole onderan ziej’ wel wat d’r te doen is.    

Aan de besturen en kandidaten van de partijen voor de komende Tweede Kamer-verkiezingen (november 2023), 

Wij roepen hierbij uw partij nadrukkelijk op om met spoed de regionale talen Nedersaksisch en Limburgs met kracht te ondersteunen en te beschermen,  nadrukkelijker dan tot nu toe gebeurt, en om dat op te nemen in uw verkiezingsprogramma. Ons belangrijkste motief: versterking van het gebruik van Nedersaksisch en Limburgs is wenselijk om deze talen een herkenbare en eigentijdse plek te geven in de dagelijkse en bestuurlijke communicatie in de betrokken regio’s. Het gaat om talen die sinds mensenheugenis deel uitmaken van de Nederlandse cultuur. Terugloop van beide talen zou een aderlating betekenen. Versterking van beide talen is noodzakelijk om hun voortbestaan te borgen in hun regionale functie.  Deze sprong voorwaarts  is heel goed denkbaar, want er is de voorbije jaren een ingrijpende en positieve omslag geweest in de beeldvorming rondom  regionale identiteiten. Regio’s zijn essentieel in een nationale context en hebben een eigen en doorslaggevende functie in het betrekken van mensen in hun eigen omgeving en in hun dagelijks bestaan.  Deze omslag in beeldvorming zien we de laatste jaren terug in maatschappelijke discussies en de betrokkenheid van regionale groeperingen. 

We vragen u de volgende drie passages in uw partijprogramma op te nemen: 

  1. Onze partij wil in alle onderwijsvormen structureel onderwijs in Nedersaksisch en Limburgs realiseren, om de competenties in die beide talen te behouden, uit te breiden en te versterken. Dat onderwijs zal georganiseerd zijn in doorlopende leerlijnen, van uiterst jong tot volwassenheid, omdat inhoudelijke samenhang zo het best kan worden gegarandeerd. Dat zal aansluiten bij de huidige praktijk van het basisonderwijs.
  2. Onze partij wil een aanpassing van de AWB. In de taalgebieden van Nedersaksisch en Limburgs moeten beide talen vrij gebruikt kunnen worden in het bestuurlijk verkeer, zonder de huidige beperkingen. Ons tekstvoorstel (AWB, lid 2) is: ‘Provinciale en gemeentelijke overheden en onder hun verantwoordelijkheid werkzame personen mogen naast het Nederlands de in hun gebieden erkende regionale talen gebruiken’.
  3. Onze partij wil de bescherming van Nedersaksisch en Limburgs verankeren in de Grondwet, artikel 1, en wel door de volgende toevoeging: ‘Nederland beschermt en bevordert zijn regionale talen’.

Deze voorstellen passen goed in de huidige context waarin beide talen:

  • door de regering Nedersaksisch en Limburgs zijn erkend als een verrijking voor het Nederlands cultureel erfgoed ;
  • een sterk bindende kracht hebben in de regionale samenleving;
  • een extra positieve factor zijn in sociale, economische en culturele  contacten met personen en organisaties in aangrenzende Duitse en Belgische regio’s;
  • functioneren als vitaal communicatiemiddel in culturele uitwisselingen en in bestuurlijk verkeer voor het behoud van de regionale  cultuur en identiteit.

Nadere toelichting op de drie passages

bij 1. De afname in beheersing en gebruik is om te buigen in een toename door sterke positieve prikkels. Dat kan met name in het onderwijs: door versterking van de taalcompetenties en door het onderwijs te organiseren in doorlopende leerlijnen. 

Volgens de huidige wetsformulering moet, alvorens men Nedersaksisch en Limburgs mag gebruiken, aangetoond worden dat het gebruik van de regionale taal doelmatiger is dan het gebruik van het Nederlands en dat derden niet onevenredig worden geschaad. Dit moeten aantonen werkt belemmerend. Het vrij mogen gebruiken van de eigen regionale taal moet vanzelfsprekend zijn.  

bij 3

Vanaf de vroege jaren negentig hebben wij gewerkt aan de verbetering van de positie van Nedersaksisch en Limburgs. Ondanks de erkenningen lukt het ons niet dan met heel veel moeite om telkens weer gewenste verbeteringen op de agenda te krijgen. De kracht van de Grondwet kan helpen. Het moet gewenst en normaal zijn om aan het behoud van de regionale talen te werken. Verder vinden we het een principieel recht dat onze talen door de belangrijkste wet van het land worden beschermd.

Namens de Streektaalorganisaties Nedersaksisch Taalgebied (SONT):

                                   Hans Gerritsen, voorzitter

                                   Henk Bloemhoff, secretaris

Namens de Raod veur ’t Limburgs: 

                                   Roeland van hout, voorzitter

                                   Gino Morillo Morales, secretaris

—————————————————————————————————————————————————————————————————–

Jaarrekening Stichting SONT 2022

———————————————————————————–

DE RAOD VAN EUROPA PUBLICEERDE ZIEN VERSLAG VAN DE VISITAOSIE IN NEDERLAAND IN 2022


De Expertkemmissie van de Raod van Europa het gister 9 feberwaori 2023 et verslag publiceerd van zien visitaosie in Nederlaand op et punt van et Europees Haandvest veur regionaole taelen en taelen van minderheden. Die visitaosie was in de loop van 2022. Et verslag gaot uutvoerig in op een tal verbeterpunten angaonde et Nederlaanse beleid veur de regionaole taelen Nedersaksisch, Limborgs en Fries, en veur de minderhiedstaelen Jiddisj en Romanes. Et verslag is hier te vienen: 

https://rm.coe.int/netherlandsecrml7-en/1680aa8930

Wat et Nedersaksisch anbelangt bin veural de bladzieden 33 en 38 an te raoden om kennis van te nemen, al gelt dat eigenlik liekegoed ok veur de details veerder in de tekst.

—————————————————————————————————————————————————————————————————-

RAOD VAN EUROPA INFERMEERDE HIM BI’J NEDERSAKSISCHE ORGENISAOSIES

Donderdag 30  juni was alweer de dadde dag dat de Expertkemmissie veur et Europees haandvest veur regionaole taelen of taelen van minderheden op warkvesite in Nederlaand was. Zoks doen ze om de vuuf jaor, mit extra meugelikheden tussendeur. Disse keer weren ze eerst in Limborg west, daegs teveuren in Liwwadden veur et Fries, en disse 30ste in Stellingwarf veur et Nedersaksisch. Om percies te wezen bi’j de Stellingwarver Schrieversronte in Berkoop. Die bestaon dit jaor vuuftig jaor. In een bi’jienkomst van half tiene tot nao twaelf ure wodde een algemien gesprek over de pesisie van et Nedersaksisch hullen in verbaand mit de andachtspunten en kriteria uut et Europees haandvest. Dat gesprek was mit ofgeveerdigden van de verschillende taelorgenisaosies in et Nedersaksisch taelgebied, zoas et Huus van de Taol in Beilen, de Overiesselakedemie in Zwolle en et Buro Grunninger tael en kultuur. Ien en aander was koördineerd deur de siktaosie van SONT (Streektaelorgenisaosies Nedersaksisch Taelgebied) in de persoon van siktaoris Henk Bloemhoff, zoks in saemenwarking mit Maxime Huot, siktaoris van de Expertkemmissie.

De gesprekken leupen vlot, in feite an de haand van een vraogelieste van de Raod van Europa. In wezen leup et gesprek an de haand van een vraogelieste. Iene van de andachtpunten was dat bi’j et pebliek nog te min kennis over et Nedersaksisch bestaot en dat sommigen nog altied mienen dat et om een dialekt van et Nederlaans gaot. Dan ontstaot vaeke een negatief beeld en zo hebben meensken minder aorighied an et bruken van et Nedersaksisch of et leren d’r van. De schriftelike beheersing is d’r nog veul te weinig, et tal sprekers lopt nog altied weeromme mar liekt ok hier en daor stabiel. Mar de bi’jienkomst was niet ien en al klaegen: d’r verschienen vri’j wat boeken, d’r wo’n kursussen verzorgd en veur oons Stellingwarver gebied vaalt et biezundere plak in et onderwies op. Men moet op zien minst een ure in ’t jaor op ‘e schoelen mit et Stellingwarfs doende wezen in et kader van De Veerkieker. Et aandere, hiemkunde, is niet verplicht mar bֲödt alle gelegenhied om in et kader van omgevingsonderwies ok et Stellingwarfs in te vlechten. En dat is de oflopen tientallen jaoren ok bi’j aorig wat schoelen vri’j vaeke gebeurd. Aandere regio’s  kennen gien verplichting, mar sommigen maeken wel aorig wat materiaol, mit naeme Drenthe. De Raod van Europa het eerder al ‘naor Den Haag toe’ pleit veur een anpak veur et hiele gebied, mit regio-differentiaosie, mar tot now is dat niet wodden. Wel hebben de Nedersaksische orgenisaosies een ni’j groot projekt in veurbereiding, mar dislange kregen ze bi’j de regionaole overheden nog gien geheur. 

D’r kwammen plentie aandere onderwarpen op ‘e bodden, zoas de weens dat meensken meer in de eigen taelen lezen moeten kunnen in de plaetselike en regionaole kraanten en aandere media. De LC bi’jveurbeeld citeert en schrift riegelmaotig in et Fries, mar et Stellingwarfs wodt mar montiesmaote bruukt. Veur de regionaole radio en tillevisie kwam van de Expertkemmissie uut et idee om mit een soort statuut te kommen, daor een redaktie him an holen moet veur wat betreft et wel bruken van de regionaole tael. Dat idee kwammen ze op deurdat ze et heurd hadden van de regionaole zender van Limborg: daor is dat zo.

De konfereensies van de Rieks- en lekaole overheden van april wodden ok an de odder steld. De instituten en verienings vunnen dat d’r te min konklusies trokken binnen en ok is niet dudelik wat men vervolgens doen zal. Een uutzundering zal misschien wezen et veurstel van perf. dr. Roeland van Hout en dr. Henk Bloemhoff  om over te gaon tot vri’j gebruuk van Nedersaksisch in et bestuurlik verkeer (gemienteraoden, perveensiaole staoten). Heur veurstel hoolt in: een wetswieziging van de Algemiene Wet Bestuursrecht, zodat officieel ok et Nedersaksisch bruukt wodden mag, liek as et mit et Fries al kan.

Ok is veursteld om de zorg veur de erkende taelen op te nemen in de grondwet.

Bestuurslid van de Stellingwarver Schrieversronte Ageeth Bos hiette et gezelschop en de instituutsvertegenwoordigers welkom. Zi’j dee in de gesprekken mit as vertegenwoordiger van de SSR. 

De Expertkemmissie was biezunder te spreken over de vrundelike ontvangst deur de jaorige Stellingwarver Schrieversronte, die onder eren et jubileumboek van de jaorige stichting anbeud: ‘50 jaor. Gien woord tevule!’

De vergeerdering wodde deur elk ondergaon as noflik en gemoedelik, wiels toch de punties op de i zet wodden. Et is nog niet bekend wanneer as de Raod van Europa mit zien aendrepot over de situaosie in Nederlaand komt.

———————————————————————————————————————-

Jaarrekening Stichting SONT 2021

Vermogen SONT per 1-1-2021

Bankrekening                       €   798,62 

Bankspaarrekening             €   138,73 

Totaal                                    € 937,35

Uitgave 2021                                                                       Inkomsten 2021

Nedersaksisch in Notendop          €   596,37

Vergaderkosten/zaalhuur               €       0,00   Rente                                    €        0,00

KvK UBO verklaringen                   €     10,02     Contributie leden               €  1125,00

Vertaal kosten etc.                         €     49,13     Giften                                    €        0,00

Bloemen etc                                    €        0,00

Bankkosten                                      €    123,21

Lidmaatschap EBLT                       €    100,00

Website                                             €      90,75

Totaal uitgave                                  €    969,48                Totaal inkomsten     €  1125,00

Verlies/winst boekjaar                    €    155,52

Bankrekening                       €  1054,14 

Bankspaarrekening             €    138,73 

Totaal                                    €   1192,87

JAARREKENING IN VERGADERING BESTUUR D.D. 23 MEI 2022 GOEDGEKEURD.

SONT is een AMBI instelling sinds 1-1-2020.
Giften zijn welkom zodat het werk om het Nedersaksisch levend te houden voort gezet kan worden.
Giften kunt u overmaken op bankrek nr. NL55 INGB 0003 8540 04 t.n.v. Stichting SONT

——————————————————————————————————————————–

Meertmaond streektaelmaond

Meert, de maond van de streektael komt weer an, dus ok de maond van oonze regionaole tael Nedersaksisch. SONT het de Nedersaksische gemienten anschreven om as ’t kan wat aorigs, wat goeds mit dat gegeven te doen.

Een mooi veurbeeld van hoe zoks kunnen zol bödt dit raodsgesprek dat kotleden holen is deur de Drentse gemiente De Wolden: 

Vri’j gebruuk van et Limburgs en et Nedersaksisch in et regionaole bestuurlike verkeer

SONT het in saemenwarking mit de Raod veur ’t Limburgs, advieskemmissie van DS van Limburg, de menister van Binderlaanse Zaeken veursteld om te kommen tot vri’j gebruuk van et Limburgs en et Nedersaksisch  in et regionaole bestuurlike verkeer. Dat zol makkelik kunnen deur de Algemiene wet bestuursrecht een klein betien an te passen. Ie kun van de inhoold kennis nemen deur disse pdf te lezen:

———————————————————————————————————————————————————————————————————

Hans Gerritsen (SONT-veurzitter) en Henk Bloemhoff  (taelkundige, ok siktaoris van SONT) over et Nedersaksisch in Elseviers Weekblad

Hoe kieken ze d’r naor: staotus, meugelikheden en toekomst? Dit is de link aj’ veerder lezen willen: https://tinyurl.com/yhe2gdyj

———————————————————————————————————————————————————————————————————-

Kwart van inwoners Groningen, Drenthe en Overijssel spreekt regelmatig Nedersaksisch, ook in het openbaar


In een nieuw onderzoek is het CBS nagegaan hoeveel mensen in Nederland dagelijks een andere taal spreken dan het Nederlands. Voor het Nedersaksisch zijn er verrassende uitkomsten, rond een kwart geeft aan het Nedersaksisch regelmatig te spreken. In Drenthe ligt dit zelfs op 31%, Groningen 26% en Overijssel 24%. Het percentage voor Gelderland ligt lager, maar dat komt omdat delen van de provincie niet tot het Nedersaksisch Taalgebied horen. Verrassend is dat de taal ook “buiten de deur” gesproken wordt. Velen doen dit ook in winkels/ horeca, in eigen stad of dorp en met buren. Dit betekent dat de taal niet alleen in de eigen thuissituatie wordt gebruikt. Verschillen met het Limburgs en Fries zijn er, maar ze zijn minder groot dan in ander onderzoek. Zo worden Limburgs en Fries vaker op het werk en bij officiele instellingen gebruikt.

De resultaten van het recente CBS onderzoek zijn bemoedigend, vooral het nieuwe gegeven dat het Nedersaksisch nog steeds goed aanwezig is in het publieke domein. Het SONT ziet het onderzoek als een extra stimulans om door te gaan op de ingeslagen weg: de positie van het Nedersaksisch versterken door de status en het imago te verbeteren en aandacht te besteden aan het Nedersaksisch in het onderwijs.

https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2021/28/kwart-15-plussers-spreekt-thuis-dialect-of-andere-taal-dan-nederlands


Anne van der Meiden overleden

Op woensdag 2 juni is Anne van der Meiden overleden. Hij was predikant, hoogleraar, maar bovenal een beminnelijk man die oog voor de mensen om hen heen had. De waarde van zijn werk voor het Nedersaksisch kan niet overschat worden. Hij is de vertaler van de Bijbel in het Twents. Hij heeft de woorden gezocht en gevonden waarin de mensen in Twente hun geloof beleven en ervaren. Dat wat hun ten diepste raakt, betrokken maakt en beweegt kan het beste uitgedrukt worden in de moederstaal. Herman Finkers noemt de Bijbelvertaling een Twents monument.

Anne van der Meiden inspireerde en was een voorbeeld voor velen. Ik mocht als gedeputeerde aanwezig zijn bij de feestelijke presentatie van de vertaling van de Bijbel in het Gronings door de Liudgerstichten. Anne van der Meiden sprak in de Martinikerk. Met de Bijbelvertalingen wordt recht gedaan aan de beleving van het geloof door veel mensen in ons gebied.Anne van der Meiden was een onvermoeibaar ambassadeur van het Nedersaksisch en heeft daarmee bijgedragen aan de emancipatie van de taal en de erkenning in 2018. Hij was een aantal jaren geleden nog aanwezig in Brussel op een manifestatie voor het Nedersaksisch met Duitse en Nederlandse europarlementariers georganiseerd door Annie Schreijer-Pierik. Wij zijn Anne van der Meiden veel dank verschuldigd. We gedenken hem met ere.


Hans Gerritsen, veurzitter SONT

————————————————————————————————————————————————————————————————–

Nedersaksisch heeft perspectief

“Het Nederlands eindigt in vier smaken”. Dat was de kop van een krantenartikel van 27 april jl over het recente onderzoek van Arjen Versloot over streektalen. Uit de resultaten komt naar voren dat het gebruik van de streektaal in jongere leeftijdscategorien fors afneemt. In Nederland houden het Fries en Limburgs goed stand, maar het Nedersaksisch staat onder druk bij jongeren en dreigt te verdwijnen. Als dit zo doorgaat. Dat laatste is een waarschuwing aan al diegenen die de moedertaal van velen in Noordoost Nederland een warm hart toedragen. Een taal waarin men de eigen emoties het beste kan verwoorden, een taal die hoort bij de geschiedenis en identiteit van ons gebied. En ook een culturele schat die niet voor niets opgenomen is in het Europese Handvest van de Raad van Europa.

Het is ook de ambitie van overheden en de streektaalinstellingen in het Nedersaksisch Taalgebied om de positie van het Nedersaksisch te versterken. Taal is geen natuurverschijsel. Het wordt gedragen door mensen. Zij spreken het, schrijven het, zingen erin en lezen het. Op al die terreinen is het Nedersaksisch springlevend! Natuurlijk, het is van alle tijden dat er doemscenario’s worden geschetst. Maar het Nedersaksisch is taai gebleken. De taal bestaat nog steeds en er is zelfs sprake van een opleving en hernieuwde belangstelling. Het teruglopende gebruik bij jongeren betekent echter wel dat er werk aan de winkel is.

Cruciaal voor de taal is de maatschappelijke waardering. Daar zijn wij zelf bij. Het gaat er om dat de taal overgedragen wordt en dat diegenen die de taal beheersen deze ook weer actief gaan gebruiken, het liefst in het openbaar en niet alleen in familiekring. Dat zal eerder gaan gebeuren bij een taal die status heeft. Daarom is het zo belangrijk dat de overheden in het Nedersaksisch Taalgebied tezamen met het Ministerie van BZK het Nedersaksisch als volwaardige taal erkend hebben in het convenant van 10 oktober 2018 en zich inzetten voor behoud van de taal.

Noordoost Nederland is tweetalig. Het helpt dat er een prachtige speelfilm gemaakt is, de Beentjes van Sint Hildegard die door 2,5 miljoen mensen bekeken is op de landelijke televisie. Dat het onderwijs meer en meer aandacht besteedt aan de taal, dat Provinciale Staten in het Nedersaksisch vergaderen en dat er veel popmuziek gemaakt wordt in de streektaal. Daarmee is de taal bezig aan een revival. Om deze positieve trend vast te houden is natuurlijk meer nodig. Dat is dan ook de mooie opdracht voor de streektaalinstellingen waarin zij zich door velen gesteund weten. Het Nedersaksisch heeft perspectief. Zat!

Hans Gerritsen, voorzitter SONT (Streektaalorganisaties in het Nedersaksisch Taalgebied)

—————————————————————————————————————————————————————————————————-

SONT an het begin van 2021

SONT het mit de Stuurgroep Nedersaksisch vaastesteld waor we bi’j de uutvoering van et Konvenaant Nedersaksisch veerder een nuttige bi’jdrege leveren kunnen. SONT gaot him in 2021 op drie belangrieke thema’s richten en zal him daorbi’j ansluten bi’j ontwikkelplannen van de instituten:

–       de algemiene uutvoering van de aktie ‘meertmaond = streektaelmaond’

–       et beter maeken van de pesisie van et Nedersaksisch in de media

–       een raemwark maeken en in eerste opzet uutwarken veur een algemien en onderling anslutend onderwiesanbod in alle soorten van onderwies

SONT het butendat an et aende van 2020 de leden van de vaaste Kaemerkemmissie veur Binderlaanse Zaeken schreven, kennis neumen te hebben van de gedaachtewisseling die ze kotleden hadden mit heur positieve besluut over et zonuuumde Minority Safepack veur regionaole taelen in Europa. SONT het daorbi’j uutspreuken dat wi’j ien en aander slim op pries stellen. Daor hewwe van hatte bi’j rikkemedeerd dat bi’j veerdere uutwarking en zeker ok bi’j toepassing in Nederlaand, et Nedersaksisch volop profiteren zal van dit belangrieke burgerinitiatief in EU-verbaand. Op dezelde meniere hewwe ok de regionaole overheden ïnfermeerd. As infermaosie bin de hieltied ommenocht exemplaoren van Nedersaksisch in een notendop anbeuden.

———————————————-

Jaarrekening Stichting SONT 2019

Vermogen SONT per 1-1-2019

Bankrekening                       €   780,85 

Bankspaarrekening             € 1238,26 

Totaal                                    € 2019,11

Uitgave 2019                                                             Inkomsten 2019

Vergaderkosten/zaalhuur   €   264,75                  Rente                                    €      0,47

Congres docenten               €   244,35                  Contributie leden                €  850,00

Vertaal kosten etc.              €   155,20                  Giften                                    €  100,00

Nedersaksisch in een 

Notedop boeken                  €    654,27    

Afscheid bestuursleden      €    100,00

Bankkosten                          €    126,06

Lidmaatschap EBLT           €    100,00

Totaal uitgave                      €   1644,63               Totaal inkomsten                 €  950,47

Verlies/winst boekjaar        €   – 694,16

Vermogen 31-12-2019

Bankrekening                       €  586,22 

Bankspaarrekening             €  738,73 

Totaal                                    € 1324,95

JAARREKENING IN VERGADERING BESTUUR D.D.  27 MEI 2020 GOEDGEKEURD.

SONT is een AMBI instelling sinds 1-1-2020. 

Giften zijn welkom zodat het werk om het Nedersaksisch levend te houden voort gezet kan worden. 

Giften kunt u overmaken op bankrek nr. NL55 INGB 0003 8540 04 t.n.v. Stichting SONT

————————————————

Het SONT in een nieuwe rol na het convenant

Op 10 oktober 2018 is in Zwolle het convenant voor de erkenning van het Nedersaksisch ondertekend door het Ministerie van BZK, vijf provincies in Noordoost-Nederland en de twee gemeenten in de Stellingwerven. Een indrukwekkende gebeurtenis die doorwerkt in de samenleving, in de activiteiten van streektaalinstellingen en het beleid van overheden. Het Nedersaksisch wordt meer en meer op waarde geschat. Het is naast het Nederlands nu een officiële taal in Nederland. Het SONT heeft met overtuiging en met hulp van velen in de samenleving en het openbaar bestuur gestreden voor de erkenning. Wij zijn al diegenen die een bijdrage geleverd hebben zeer erkentelijk voor de steun in de afgelopen jaren.

Nu het belangrijke doel van de erkenning bereikt is verandert de rol van het SONT. Deze richt zich nu op de uitwerking en realisatie van de doelstellingen van het convenant. Daarbij liggen de activiteiten van het SONT in het verlengde van die van haar opdrachtgevers, de streektaalinstellingen. Het SONT treedt daarbij op als een adviescommissie en klankbordgroep. SONT houdt zich bezig met de domeinen van het convenant, onderwijs, cultuur, media en openbaar bestuur. Daarnaast behartigt SONT de externe contacten bijv met de Bundesraat för Nedderdüütsch en het Europees Bureau voor Kleine Talen. Het SONT voert periodiek overleg met de coördinerende overheid in het Nedersaksisch Taalgebied. Dit was de provincie Overijssel, maar inmiddels ligt de coordinatie bij de gemeente Weststellingwerf. Tenslotte legt het SONT contacten met nieuwe partners zoals de gemeente Urk en gemeente Bunschoten – Spakenburg, alsmede met de organisaties in deze gemeenten die de belangen van de taal behartigen.

Hans Gerritsen, veurzitter
Henk Bloemhoff, siktaoris

Bestuursverslaegen 2020

Dit jaor 2020 het SONT van et begin van de corona-uutbraoke of twie grote bestuursvergeerderings holen, mit daornaost een viertal DB-vergeerderings. Ok het d’r overleg west mit de Stuurgroep Nedersaksisch en mit de Nedersaksische overheden, d.w.z. mit de centraole Nedersaksische overhied, d.i. de gemiente West-Stellingwarf. De Nedersaksische overheden bin: de perveensies Grunningen, Drenthe, Overiessel, Gelderlaand, Frieslaand en de gemienten Oost- en West- Stellingwarf.

Om de ansleuten orgenisaosies en belangstellenden naoder te infermeren zetten we hier et veurnaemste uut de laeste twie bestuursverslaegen in ‘ t locht.

Verslag video-vergeerdering SONT op 4 november 2020 (mit Teams)

2. Verslaggevings: van de veurige bestuursvergeerdering en van de bi’jienkomst mit de vertegenwoordigers van de grotere instellings (‘Stuurgroep Nedersaksisch’). Ze bin vaastesteld.

Naor anleiding van de verslaegen:
– SONT krigt de ANBI-staotus. De ponghoolder geft nog wat technische biezunderheden.

– De ambtener van de centraole Nedersaksische overhied het weten laoten dat Urk gauwachtig et Konvenaant Nedersaksisch tekenen zal. Veurzitter Hans Gerritsen lat ok weten goeie hope te holen op et mitdoen van de gemiente Bunschoten.

– Ria Broeze nuumt dat d’r goeie bedregen beschikber kommen veur de regionaole tael in Overiessel veur Twente, Sallaand en ‘de Kop’

3. Verslag deur de veurzitter en siktaoris angaonde et video-overleg tussen wethoolder Roelof Theun Hoen en ambtener Hans Breukel van West-Stellingwarf (uut naeme van de Nedersaksische overheden) en et DB van SONT (mondeling)

De veurnaemste punten / uutkomsten weren:

–  een goeie kennismaekingsronde; SONT het nog es zien aord, pesisie en erkenningsverleden uutleggen kund

–  disse centraole overhied hadde op Gelderlaand nao al kontakt had mit de aandere Nedersaksische overheden, dat wil zeggen veur ofstemming; ok de veurnaemste instellings en SONT stonnen / staon op et liesien veur kennismaeking / overleg

–  in de loop van ankem jaor komt d’r een warkveldkonfereensie, West-Stellingwarf is die an et veurbereiden; d’r wodt van uutgaon dat in elk geval de streektaelinstellings mitdoen, liekas SONT; ok wodt docht an et uutneudigen van Friese instellings i.v.m. meugelike veurbeeldfunkties

–  uutkomst van de konfereensie moet in elk geval wezen een beleidsplan veur een stok gezaemelikhied in algemien beleid en aktiviteiten, mar zonder et onderling verschil en de eigenhied van de ofzunderlike gewesten weg te poetsen. D’r moet in de verschillende perveensies / gemienten uteraord een belangriek diel van et beleid op de eigen regio richt blieven. Iene van de doelen van de centraole overhied is dus om een soort van gezaemelike lange termien-visie en –plan te hebben. Dat is bi’j, monde van de wethoolder, mit naeme om et Nedersaksisch borgen te kunnen veur langere tied as de kotte bestuurlike perioden daor now vaeke et ien en aander mit van ofhangt.

–  speerpunt bi’j de centraole overhied en liekegoed bi’j SONT is et onderwies. Dat wil zeggen,struktureel in alle onderwiesvormen en mit deurlopende leerlijnen. Wi’j zullen daor zels asSONT in wisselwarking mit de instituten over deurdaenken.

–  SONT het ok een goed plak van et Nedersakisch in de media as hiel belangriek nuumd en hetok vraogd om wetenschop / kennisontwikkeling op ‘e agenda te holen. Allienig an de Overiesselakedemie en de RUG bin op dit mement nog veurzienings op dat punt. SONT het ok angeven wetenschop / kennisontwikkeling wel veural as noden van de instituten in de verschillende gewesten zels te zien, en et verlet dat ze hebben moe’n ze ok zels ankaorten. Et gaot d’r veural omme te veurzien in de neudige kennis en ontwikkeling d’r van bi’j de instituten.

–  SONT het angeven graeg minimaol ien keer in et jaor in overleg wezen te kunnen mit de Nedersaksische overheden. In de gedaachten van wethoolder en ambtener zal daor ok ruumte veur wezen kunnen, m.n. ok in een beleidsveurbereidend tussennivo.

4. De rolle van SONT: selektie uut de onderwarpen uut te voeren deur SONT, (ok) op basis van de antwoorden op de vraogelieste van SONT. Annet Westerdijk markt op dat verschillende instituten ok zels behoefte bleken te hebben om meer van mekeer te weten waor an warkt wodt, en zo bekeken warken oonze vraogeliesten dus motiverend. Uut de zaekgebieden die in oonze agenda nuumd binnen en daor de Stuurgroep al van zegd het dat ze geern oonze steun willen, het SONT in disse vergeerdering keuzen veur veurrang an: 

– de gezaemelike inzet van de overheden in et Nedersaksisch Taelgebied. We gaon de lijn volgen die now inzet is in et overleg mit de centraole overhied.

– de anpak in et onderwies. We gaon hier een lijn (in ontwarp) over de hiele brette van et onderwies veur ontwikkelen, in elk geval veureerst in abstrakte zin en op pepier, en die wodt t.z.t. ok veurlegd an de Stuurgroep. We vraogen an de Stuurgroep of zoe’n planontwikkeling o.k. is. Daornaost vraogen we ze of ze now al ankneupingspunten hebben daor we op inspeulen kunnen zollen.

– et gebruuk van de regionaole tael in de media (radio/t.v. en meer in digilaand, liekewel as de regionaole dagblaeden). We ontwikkelen liesies mit weensken, meugelikheden en andachtspunten en zullen daormit de boer op, nao goedvienen van de Stuurgroep. De boer op wil hier zeggen: naor RTV Oost, Noord enz. en naor De Stentor, De Gelderlander en meer.Et DB zal de veerdere anpak uutwarken en gaot in overleg mit de Stuurgroep.Wat betreft de ‘proeftuin meertalighied’: disse kwessie zit niet in de pottefulie van de ambteners van de Nedersaksische overheden. Et is jammer dat nogal wat projekten gien financiering kregen hebben en dat, zo liekt et, onevenredig veul naor et Fries gaon is. We kun in dit verbaand niet wat betekenen mar bin bliede dat de Stuurgroep op dit terrein zels aktie ondernemt.

Veur wat betreft oonze lijn naor en de rolle van et ministerie: die lijn zal in et algemien lopen via de saemenwarking van de Nedersaksische overheden.

5. Et anduden deur de Raod van Europa van et Nedersaksisch as non-co-official language, d.w.z. deur et Committee of Experts in heur laeste verslag. Ien en aander wodt kot deurpraot. Et bestuur pakt dit weer op as de visitaosie ankem jaor weer speult. We bin teleursteld dat men et Nedersaksisch as niet-officiële tael interpreteert. We vienen dat et Nedersaksisch, dat is ok volgens et Konvenaant Nedersaksisch, wel degelik een rolle heurt te hebben in et bestuurlik domein. De Algemiene wet bestuursrecht geft onder Artikel 2:6 de (on)meugelikheden. Anne zal de tekst nog es sturen (is gebeurd) en legt uut dat gebruuk meugelik is; in geval dat iene bezwaor maekt, kan bi’j besluut van de gemienteraod de regionaole tael toch wel bruukt wodden (et gaot dan om een veurstel van odder, op basis van de gemientewet).

6/7. Wat d’r veerder op ‘e bodden komt:

Oonze inbreng in de pergrammes van poletieke perti’jen. Et CDA wil de regionaole taelen ok formeel in et bestuurlike verkeer meugelik maeken, naost dat et Fries in de grondwet moeten zol. Et zol veur et Nedersaksisch en Limborgs prachtig wezen. Bestuurslid Ria Broeze infermeert naoder.

Veurzitter Hans Gerritsen geft an dat zien rikkemedaosie van et Nedersaksisch bi’j de PvdA nog niet wat opleverd het in et perti’jpergramme, mar de aktie wodt vervolgd.

In de aandere gevallen is deur de meersten wel al aktie onderneumen, mar om et mar in algemiene woorden te zeggen: de percessen bin nog gaonde.

Ni’js van SONT naor de orgenisaosies toe. Annet Westerdijk bepleit dit en de siktaoris zegt dat d’r op basis van de laeste bestuursvergeerderings en aandere stokken best een aorig overzicht te maeken is, dat gaon kan naor alle orgenisaosies. Hi’j zal d’r an warken en et stok dan weer veurleggen an et DB. Ok is et tied veur een vergeliekbere tekst op ‘e webstee – ok daor gaot an warkt wodden.

——————————————————————————————————————————————————————————————————–

Verslag Skype-vergeerdering van et SONT-bestuur d.d. 27 meie 2020

De warklieste is een selektie van veurnaemste punten uut de veurige agenda – dat is, van de vergeerdering die niet deurgong vanwegens de corona-uutbraoke (18-03-2020)

1b. Vaastestelling jaorciefers, n.a.v. de bi’jlaoge van de ponghoolder. De jaorciefers wo’n vaastesteld. Tetaol vermogen op 31-12-2019 = € 1.324,95. Naor anleiding van de ciefers: d’r bin gien financiële perblemen, wel kuj’ je ofvraogen, nuumt ien van de bestuursledne, of d’r genoeg inkomsten wezen zullen om te verwaachten onkosten / uutgiften te dekken de kommende jaoren. Moe’n d’r niet meer financiële bronnen anboord wodden, behalven daj’ inkomsten hebben deur donaosies van de ansleuten instellings? Nao gedaachtewisselings is de konklusie: veurlopig niet, zeker niet zolange as de aktiviteiten van et type en grootte blieven zoas de laeste jaoren. Ien en aander hangt ok stark of van de rolle van SONT de kommende jaoren. Speciaol punt van ommedaenken is de pas binnenhaelde ANBI-staotus. André zal een toelochtend stok maeken veur oons as bestuursleden.

2. Et plan van dit agendapunt, ‘Positionering van het Nedersaksisch’, hewwe al eerder positief op reageerd. Deur de corona-uutbraoke is de vergeerdering van 18-03-2020 niet deurgaon, en daorin

hadde de Overiesselakedemie et plan toelochten zuld en hadden we eventueel nog kommentaor geven kund. Et plan zal indiend wodden om meugelik een kaans te maeken veur subsidiëring bi’j We the North, meer bepaold: ‘Proeftuin Meertaligheid’. Et projekt(plan) ‘Positionering van het Nedersaksisch’ is een belangriek diel van et ni’je saemenwarkingsverbaand van de streektaelinstituten veur overkoepelende projekten, ‘Stuurgroep Nedersaksisch’. Ien en aander is ofwaachten.

3. Neffens een tiedinge van de heer Vincent Robijn, veur de Stuurgroep Nedersaksisch, vergeerderen de ambteners van de Nedersaksische overheden eerdaegs. De heer Robijn het in zien pesisie struktureel geld bepleit veur overkoepelende projekten – uteraord naost et reguliere regionaole wark. Ofwaachten is oonze konklusie – ok al omdat niet dudelik is wanneer dit ambtelike overleg volgd wodt deur een bestuurlik overleg mit besluutvorming.

Veur oons is een belangriek ding: hoe wodt now de verholing kwa verantwoordelikheden en aktiviteiten tussen SONT en de ansleuten klubs en instituten, mit naeme de instituten die veerder gaon in et verbaand van de stuurgroep Nedersaksisch? Alle ansleutenen moe’n we bedienen, mar et gaot now veural om initiatieven en uutvoeringen relateerd an et warken mit et konvenaant. We kun en willen ok niet aanders konkluderen as dat de uutvoering bi’j de – saemenwarkende – streektaelinstituten ligt, in et biezunder bi’j de Stuurgroep Nedersaksisch. Dat volgt ok uut de logische keuze die SONT zels maekt het, zo geven ok verschillende bestuursleden an. Die komt d’r op daele dat SONT gien uutvoerende orgenisaosie is, et primaat ligt bi’j de instituten, m.n. de stuurgroep Nedersaksisch dus now. Daorbi’j is et ok zo dat SONT insteld is en warkt op verzuuk van de instellings en klubs, m.e.w., ok daoromme ligt et primaat bi’j heur.

Planontwikkeling + uutvoering is dus veural een ding van de instituten en heur professionals. En wat is dan et plak van SONT? Behalven uteraord now en dan es een symposium holen zoas over et onderwies, zoas we et now had hebben en dat dus ok op verzuuk van inkelde instellings orgeniseerd was. En veerder voeren we netuurlik een koördinerende rolle uut in relaosie tot et Committee of Experts van de Raod van Europa, nemen we een bestuurszetel in en nemen diel bi’j EBLT / EBKT, en we nemen de beide gaast-plakken veur SONT in bi’j de Bundesraat för Nedderdűűtsch.

Netuurlik kan SONT now en dan adviseren, mar de pesisie die we hadden in et overleg mit et ministerie is d’r niet meer, wiels de ambteners daore juust van opvatting binnen dat ze naor et ambtelik overleg moeten van de Nedersaksische overheden – en oons dan zo weer spreken kunnen.

Annet Westerdijk stelt veur om nog es te kieken naor de optie ‘SONT wodt Konsultatief Orgaan’, zoas we dat ok kennen as optie bi’j de uutvoering van et Haandvest (diel II of diel III, dat maekt niet uut). Zoe’n orgaan adviseert, vraogd of niet vraogd, wiels sprekersgroepen e.d. die et Nedersaksisch an et hatte gaot daor ok heur zorgen kwiet kunnen, wiels et orgaan aktie ondernemen kan in adviserende zin. Mar hoe de verholing SONT – stuurgroep veureerst te zien? In dat verbaand nuumt Paul Seesing nog dat hi’j graeg meer dudelikhied hebben wil over de rollen van disse en gene – dat wodde him in et overleg dat we as bestuur mit de stuurgroep hadden, niet van rechten dudelik.

In grote lijnen is et bestuur in ieder geval van oordiel dat we de eerste twie jaor d’r van uutgaon moeten dat de instellingen (van de stuurgroep) plannen, uutvoeren en lobbyen. We moe’n vervolgens evalueren en al of niet aanders willen. Misschien ok over een jaor al. Mar ok in de

volgende vergeerdering moe’n we es even mit mekeer goed bekieken welke bewegings d’r deur de verschillende perti’jen maekt binnen, de overheden zeker niet uutsleuten.

Hans Gerritsen en Ria Broeze numen inkelde keren dat we goed in de gaten holen moeten dat de verschillende perveensies / gemienten in de kultuurnota’s strukturele posten plaetsen moeten ok veur et Nedersaksisch, dat wil zeggen veur et eigen gewestelike taelwark liekegoed as veur de saemenwarkingsprojekten van de stuurgroep Nedersaksisch. Van dat is et vinger an de pols en d’r bi’j wezen waor et kan. Jaorliks op ien of meer vaaste mementen kontakt holen mit de stuurgroep is van belang, SONT is d’r ja ok veur om adviseren te blieven om et konvenaant goed uut te voeren. Waor meugelik zol ok overleg wezen moeten mit de overheden; de vraoge is dan wel hoe en in welke verholing mit de stuurgroep. Oftewel, we kommen te zitten in een begeleidende, coachende rolle, zoas de veurzitter et formeleert. Hi’j en André Baars bepleiten vanwegens de verschillende onzekerheden en losse aenden dat et DB nog es goed deurpraot over plak van SONT in de naoste toekomst.

4. Inneming gaastzetel in ’t stee van Gerrit Leferink bi’j Bundesraat för Nedderdűűtsch. Henk Bloemhoff legt taeke en warkwieze nog es uut (max. drie keer vergeerderen in et ’t jaor, meerst in Hamborg). Nao gedaachtewisselings wodt besleuten iene van buten et bestuur te nugen, krek zoas Tonko Ufkens now veur SONT in et EBLT/EBKT – bestuur zit. Mar dit wel onder de veurweerde dat de aandere zetel altied inneumen wodt deur iene uut et bestuur. Men stelt now veur: dr. Henk Nijkeuter, kenner van de Nedersaksische literatuur, in et daegeliks leven heufd van et Drents Archief in Assen. (De heer Nijkeuter is vraogd intied, het toezegd en is deur de siktaoris veurdreugen bi’j de Bundesraat. Die het mit algemiene instemming reageerd.)

5. Wat veerder op ’e bodden komt en rondvraoge. We koersen now eerst even op et overleg van et DB an. De siktaoris nuumt verneumen te hebben dat de centraole ambtener van de overheden, in dit geval die van Overiessel, bi’jkotten van baene veraanderen zal en ‘vot is’ veur et beleid veur et Nedersaksisch. Bi’j inkelden bliekt dit al bekend te wezen.

Ni’jste rapport Raad van Europa angaonde haandvest now te lezen

Et jongste rappot van et Committee of Experts van de Raod van Europa is intied eupenbaor. Ie kun et lezen op https://rm.coe.int/netherlands-6th-report-ecrml/16809f0bad

Aktiviteit en tekst bin onderdiel van de warking van et Europees haandvest veur regionaole taelen of taelen van minderheden. De tekst is in et Engels liekewel as in et Nederlaans te lezen. Nederlaanse titel: “Rapportage door de expertcommissie voorgelegd aan het Comité van Ministers van de Raad van Europa in overeenstemming met artikel 16 van het Handvest. Zesde rapportage NEDERLAND”

Et rapport gaot behalven over et Nedersaksisch ok over de regionaole taelen Limborgs (diel II-tael krek as et Nedersaksisch) en Fries (daor diel II én diel III op van toepassing binnen), en nog meer. Et is dagtekend 5 november 2019 in Straotsborg.

Rikkemedaosies van et ‘Committee of Ministers’ van de Raod van Europa an lidstaoten – wat et Europese haandvest veur regionaole of minderhiedstaelen anbelangt, in verbaand mit Nederlaand:

Nao et ‘Committee of Experts’ het intied ok de kemmissie van menisters rikkemedaosies geven angaonde de verbeterings die de Raod van Europa neudig vint op et punt van de toepassing van et Europees haandvest in Nederlaand. Ien en aander is dateerd op 23 september 2020. De menisters willen geern dat de Nederlaanse autoriteiten rekening holen mit de waornemings en rikkemedaosies van et ‘Committee of Experts’ (zie hieronder) en dat daor et volgende veurrang bi’j krigt:
‘further develop the teaching of Limburgish and Low Saxon as regular school subjects and extend the offer of education in these languages, including at pre-school level’. De tekst van et ‘Committee of Ministers’ vien ie op

Dit bin de veurnaemste rikkemedaosies die et Committee of Experts dot veur et Nedersaksisch:

I. Rikkemedaosies die vot-en-daolik oppakt wodden moeten:

 a. Beschikber maeken van de studie Nedersaksisch op universitair nivo.

II. Rikkemedaosies wieder:  

b. Staon veur et onderwiezen van et Nedersaksisch in et leertrajekt dat an et onderwies op ‘e schoele veurofgaot en op alle nivo’s van onderwies daor de leerplicht veur gelt.

c. Verstarken van et gebruuk van et Nedersaksisch in et eupenbaore leven en in de media.

Ofscheid van bestuurslid Gerrit Leferink

In de vergeerdering van SONT op 18 december 2019 in Ommen wodde ofscheid neumen van bestuurslid Gerrit Leferink, rechts op de foto. Veurzitter dr. Hans Gerritsen, links, gong in op de lange staot van dienst bi’j SONT.

Leferink dee alderdeegst nog even mit in et laest van de veurige verschieningsvorm van SONT, dat was veur et jaor 2000, en daornao was hi’j algedurig bestuurslid van SONT ni’je stiel. Leferink nam de laeste jaoren ok iene van de beide gaastzetels veur SONT in bi’j de Bundesraat för Nedderdűűtsch.

Trefwoorden die bi’j dit ofscheid naor veuren kwammen:  een slim konstruktief bestuurslid, ie konnen echt altied op him rekenen, fijne neuze veur de poletieke situaosie, en dat in et biezunder in de Gelderse kontekst. Butendat, Leferink hadde de neudige poletiek-bestuurlike kontakten. Veurzitter Gerritsen maekte  Leferink uut naeme van SONT bliede mit een Herman Finkers-boek en een publikaosie over de Hanze. Leferink was bestuurslid veur de regio Aachterhoeke. Zien opvolger is Paul Seesing, die vergeerderde disse keer al mit. Meer over Seesing op https://www.cda.nl/gelderland/bronckhorst/onze-mensen/paul-seesing/Read more…

Europese taeledag disse keer mit Nedersaksische literetuur uut Grunningen; de heer Tonko Ufkes uut et Westerkertier in bestuur EBKT

Op 26 september 2019 was et Europese taeledag.  Nedersaksische, in dit geval Grunninger dichters  / schrievers prissenteerden heur wark tegere mit Friese dichters. Dat was op een biezundere gelegenhied van et Europees Buro veur Kleine Taelen (EBKT / EBLT) in verbaand mit die Europese taeledag, in de Fryske Akademy. Op de foto: auteur Tonko Ufkes vertelt. De Grunningers Alie Freije en Harry van Velsen weren him al veurgaon mit poëzie.  

We laoten hierbi’j ok weten dat Tonko Ufkes disse zommer Henk Bloemhoff opvolgd is as bestuurslid veur SONT in et bestuur van et Europees Buro veur Kleine Taelen.

300

Urkers sluten heur an bi’j SONT

De nationaole erkenning van et Nedersaksisch op 10 oktober 2018 het et neudige an publiciteit en gedaachtewisselings op gang brocht. Zoks ok in Flevolaand, in et biezunder op en rond et eerdere eilaand Urk. Algemien wodt vunnen dat et Urkers ok tot et Nedersaksisch te rekenen vaalt. De taelorgenisaosie op Urk, Stichting Urker Taol, het overleg had mit een bestuursvertegenwoordiging van SONT.

Eerder heurde Urk, mit de Noordoostpolder, bi’j Overiessel, en nog eerder b i’j Noord-Hollaand. Doe de perveensie Flevolaand ontston, kwam Urk daor bi’j. Dat betekende ok ofscheid van de taelorgenisaosie Iesselakedemie in Kaampen (now in Zwolle), daor et Urkers altied een goed onthael had hadde. Liekewel bleven d’r goeie kontakten. Now mit de erkenning van 10 oktober is de stichting Urker Taol van oordiel dat opni’j ansluting zocht wodden moet mit et Nedersaksische gebied.

SONT is uteraord de koepel van de regionaole Nedersaksische taelorgenisaosies en het Urker Taol van hatte uutneudigd om him bi’j SONT an te sluten. Et antwoord was ja, en zo bestrikt SONT behalven Grunningen, Drenthe, Stellingwarf (Frieslaand), Overiessel, Aachterhoeke en Veluwe (Gelderlaand) now ok Urk. De Urkers streven naor ondertekening van et konvenaant Nedersaksisch deur heur gemientelike en perveensiaole overheden. De neudige bestuurlike overleggings bin gaonde. In dat verbaand was ok wethoolder Freek Brouwer anscheuven bi’j et gesprek in et Cultuur-eus Tromp de Vries.


  

Op de foto, v.l.n.r.: Urker wethoolder Freek Brouwer, Hans Gerritsen (SONT), Gerrit Pasterkamp (Urker Taol), Henk Bloemhoff (SONT) en Klaas Johannes Romkes (Urker Taol).

Nedersaksisch erkend as volweerdige, zelsstaandige tael



De tiende oktober van 2018 zal in de geschiedenis van et Nedersaksisch, de perveensies Drenthe, Grunningen, Overiessel, de Gelderse regio’s Aachterhoeke en Veluwe en de regio Stellingwarf in Zuudoost-Frieslaand een biezunder plak kriegen. Veur menister Ollongren en toegelieke uut naeme van de Nedersaksische overheden verklaorde siktaoris-generaol drs. Maarten Schurink van Binderlaanse Zaeken et Nedersaksisch tot een volweerdige, zelsstaandige tael. Dat gebeurde op een grote bi’jienkomst mit meraokels veul geneudigden in et perveensiehuus in Zwolle. Daoronder veul warkers, bestuurders en adviseurs van de taelinstituten in de verschillende Nedersaksische regio’s.

Dippeteerde Hester Maij van Overiessel hiette veurofgaond de geneudigden welkom en in et biezunder de bestuurlike vertegenwoordigers van de verschillende perveensies en gemienten. Anslutend hadde ze een kotte toelochting geven. Disse nationaole erkenningsuutspraoke het as basis dat de streektaelorgenisaosies en grote groepen sprekers graeg willen dat heur tael ok officieel volledig veur vol anzien wodt. Liekegoed willen de verantwoordelike regio-overheden d’r dudelik in wezen dat et Nedersaksisch een officeel erkende tael is, krek as ere erkende taelen. De overheden willen butendat mit mekeer et gebruuk van et Nedersaksisch anmoedigen, om mit de orgenisaosies te zorgen dat oonze tael in de toekomst in levendig gebruuk blift.

De ondertekening gebeurde eerst op een mooie laandkaorte van et Nedersaksisch, waorop ieder op zien regio tekende. Vervolgens wodde ‘in et echt tekend’ onder de tekst van et konvenaant. Dat geft de naodere beschrieving van erkenning en hoe en waoromme, mit naodere toelochting. Zo tekenden dus, nao siktaoris-generaol Schurink, dippeteerde Cees Bijl van Drenthe, Sietske Poepjes van Frieslaand, Josan Meijers van Gelderlaand, Henk Staghouwer van Grunningen, Hester Maij van Overiessel, borgemeister André van de Nadort van West-Stellingwarf en wethoolder Fimke Hijlkema van Oost-Stellingwarf.

Et konvenaant en de erkenningsuutspraoke bin bepaold bedoeld om et imago van et Nedersaksisch vaaste te zetten op de warkelikhied van een normaal erkende tael, wiels veerder o.e. bepaold is dat de Nedersaksische overheden mit mekeer optrekken om et Nedersaksisch te beweren en et bruken veuruut te helpen, mar zoks wel zonder ni’je wet- en regelgeving. De gemienschoppelike inspannings zullen in veerder overleg uutwarkt wodden.

Veurofgaond an et pergramme van de officiële ondertekening kreeg et pebliek een ‘inspiraosiepergramme’ anbeuden, mit verschillende veurbeelden van mooi en goed gebruuk van et Nedersaksisch uut de verschillende regio’s. SONT-veurzitter Hans Gerritsen vertelde kot over de (lange) veurgeschiedenis en over et grote belang van dit ni’je konvenaant. De volledige tekst vien ie op disse websteebladziede.

  Foto: © Lenus vd Broek.


De vertegenwoordigers van de Nedersaksische overheden en et Riek bi’j gelegenhied van de ondertekening van de nationaole erkenning van et Nedersaksisch as zelsstaandige en volweerdige tael. Zoks op 10 oktober 2018 in et perveensiehuus van Overiessel in Zwolle.

Op de foto van links naor rechts:

1. Vrouw J.P.M. Meijers, dippeteerde perveensie Gelderlaand

2. De heer A. van de Nadort, borgemeister van West-Stellingwarf

3. Vrouw S.A.E. Poepjes, dippeteerde perveensie Frieslaand

4. De heer M. Schurink, siktaoris-generaol van Binderlaanse Zaeken

5. Vrouw W.H. Maij, dippeteerde perveensie Overiessel

6. De heer H. Staghouwer, dippeteerde perveensie Grunningen

7. Vrouw F. Hylkema, wethoolder gemiente Oost-Stellingwarf

8. De heer C. Bijl, dippeteerde perveensie Drenthe

De tekst van het convenant

Europese Sprakendag / Taeledag

Op 19 oktober die now ankomt hoolt de Bundesraat för Nedderdüüts ‘Boonsraod veur Nederduuts’ zien jaorlikse Europese Sprakendag / Taeledag. Et is een biezundere dag, die disse keer in et kader van ‘Broggen slaon – Tael as brogge’ staot. Disse Nederduutse taeledag is dit jaor in Cloppenborg, dus niet arg veer over de greens. De Nedersaksische koepelorgenisaosie SONT dri’jt mit in de Bundesraat, en dat is dus de koepel veur et Nederduuts van de Noordduutse dielstaoten. Dat mitdoen is neffens de zonuumde gaaststaotus.

Ok uut oons taelgebied weg wodt d’r op de Sprakendag / Taeledag van 10 oktober prissenteerd, benaemens deur dr. Joana Duarte van et projekt Drents / Duuts in Drenthe (vestiging Emmen van de NHL Stenden University of Applied Sciences), en deur zanger Bert Hadders. Ok de Noordduutse zanger in et Nederduuts / Nedersaksisch / Nederlaans Otto Groote is veur meziekliefhebbers uut oons Nedersaksisch taelgebied bepaold gien onbekende.
Veul info en dat neffens een slim aorige formule is op te doen an de zonuumde ‘themataofels’. Daor kuj’ ok gedaachtewisselings mit de inleiders hebben. Iene van de onderwarpen is de Nederduutse/Nedersaksische literetuur.

Veerder is d’r de neudige deskundige sprekeri’je. Kiek veur et volledige pergramme, plak en tied wieder op ’e webstee van de Bundesraat: https://www.niederdeutschsekretariat.de/category/aktuelles/ en lees dan wieder bi’j ‘Europäischer Sprachentag in Cloppenburg’.

——————————————————–

—————————————————————————————————————————————————————————————————–

Beste lezer,

Wi’j van SONT hebben tegere mit de Raod veur ‘t Limburgs een poze leden de volgende brief an de verschillende poletieke perti’jen stuurd. Dit ter info. We hopen dat et helpt, want dat is wel neudig. Hoort zegt het voort, ok dat is slimme neudig, en help zels ok aj’ mar even kunnen. Ondersteun waor aj’ dat de kommende tied mar kunnen. 

Ok hebben wi’j van SONT een amendement an GruunLinks/PvdA stuurd, een amendement bi’j et perti’jpergramme. Steun et aj’ lid binnen van disse perti’j. Ze willen wel meer veur et Limburgs investeren, mar ’t Nedersaksisch wodt niet nuumd. Hielemaole onderan ziej’ wel wat d’r te doen is.    

Aan de besturen en kandidaten van de partijen voor de komende Tweede Kamer-verkiezingen (november 2023), 

Wij roepen hierbij uw partij nadrukkelijk op om met spoed de regionale talen Nedersaksisch en Limburgs met kracht te ondersteunen en te beschermen,  nadrukkelijker dan tot nu toe gebeurt, en om dat op te nemen in uw verkiezingsprogramma. Ons belangrijkste motief: versterking van het gebruik van Nedersaksisch en Limburgs is wenselijk om deze talen een herkenbare en eigentijdse plek te geven in de dagelijkse en bestuurlijke communicatie in de betrokken regio’s. Het gaat om talen die sinds mensenheugenis deel uitmaken van de Nederlandse cultuur. Terugloop van beide talen zou een aderlating betekenen. Versterking van beide talen is noodzakelijk om hun voortbestaan te borgen in hun regionale functie.  Deze sprong voorwaarts  is heel goed denkbaar, want er is de voorbije jaren een ingrijpende en positieve omslag geweest in de beeldvorming rondom  regionale identiteiten. Regio’s zijn essentieel in een nationale context en hebben een eigen en doorslaggevende functie in het betrekken van mensen in hun eigen omgeving en in hun dagelijks bestaan.  Deze omslag in beeldvorming zien we de laatste jaren terug in maatschappelijke discussies en de betrokkenheid van regionale groeperingen. 

We vragen u de volgende drie passages in uw partijprogramma op te nemen: 

  1. Onze partij wil in alle onderwijsvormen structureel onderwijs in Nedersaksisch en Limburgs realiseren, om de competenties in die beide talen te behouden, uit te breiden en te versterken. Dat onderwijs zal georganiseerd zijn in doorlopende leerlijnen, van uiterst jong tot volwassenheid, omdat inhoudelijke samenhang zo het best kan worden gegarandeerd. Dat zal aansluiten bij de huidige praktijk van het basisonderwijs.
  2. Onze partij wil een aanpassing van de AWB. In de taalgebieden van Nedersaksisch en Limburgs moeten beide talen vrij gebruikt kunnen worden in het bestuurlijk verkeer, zonder de huidige beperkingen. Ons tekstvoorstel (AWB, lid 2) is: ‘Provinciale en gemeentelijke overheden en onder hun verantwoordelijkheid werkzame personen mogen naast het Nederlands de in hun gebieden erkende regionale talen gebruiken’.
  3. Onze partij wil de bescherming van Nedersaksisch en Limburgs verankeren in de Grondwet, artikel 1, en wel door de volgende toevoeging: ‘Nederland beschermt en bevordert zijn regionale talen’.

Deze voorstellen passen goed in de huidige context waarin beide talen:

  • door de regering Nedersaksisch en Limburgs zijn erkend als een verrijking voor het Nederlands cultureel erfgoed ;
  • een sterk bindende kracht hebben in de regionale samenleving;
  • een extra positieve factor zijn in sociale, economische en culturele  contacten met personen en organisaties in aangrenzende Duitse en Belgische regio’s;
  • functioneren als vitaal communicatiemiddel in culturele uitwisselingen en in bestuurlijk verkeer voor het behoud van de regionale  cultuur en identiteit.

Nadere toelichting op de drie passages

bij 1. De afname in beheersing en gebruik is om te buigen in een toename door sterke positieve prikkels. Dat kan met name in het onderwijs: door versterking van de taalcompetenties en door het onderwijs te organiseren in doorlopende leerlijnen. 

Volgens de huidige wetsformulering moet, alvorens men Nedersaksisch en Limburgs mag gebruiken, aangetoond worden dat het gebruik van de regionale taal doelmatiger is dan het gebruik van het Nederlands en dat derden niet onevenredig worden geschaad. Dit moeten aantonen werkt belemmerend. Het vrij mogen gebruiken van de eigen regionale taal moet vanzelfsprekend zijn.  

bij 3

Vanaf de vroege jaren negentig hebben wij gewerkt aan de verbetering van de positie van Nedersaksisch en Limburgs. Ondanks de erkenningen lukt het ons niet dan met heel veel moeite om telkens weer gewenste verbeteringen op de agenda te krijgen. De kracht van de Grondwet kan helpen. Het moet gewenst en normaal zijn om aan het behoud van de regionale talen te werken. Verder vinden we het een principieel recht dat onze talen door de belangrijkste wet van het land worden beschermd.

Namens de Streektaalorganisaties Nedersaksisch Taalgebied (SONT):

                                   Hans Gerritsen, voorzitter

                                   Henk Bloemhoff, secretaris

Namens de Raod veur ’t Limburgs: 

                                   Roeland van hout, voorzitter

                                   Ton van de Wijngaard, secretaris

Oproep an de leden van PvdA en GruunLinks

Hierbij roep ik je op om mijn amendement te ondersteunen in het nieuwe verkiezingsprogramma GroenLInks/Pvda. Anders dan de vorige keer bij de PvdA het geval was staat het Nedersaksisch nu helaas niet genoemd. 

Dat is heel erg jammer. Het moet wel een vergissing zijn zou je denken, temeer omdat van het Limburgs wel iets belangrijks wordt gezegd, namelijk dat men er meer in wil investeren. Maar: Limburgs en Nedersaksisch zijn beide regionale talen, en ze verdienen beide landelijke steun.

Een amendement wordt pas in stemming gebracht als meer dan 50 personen het ondersteunen. Doe het, willen we vragen. Het gaat erom dat de landelijke overheid het Nedersaksisch gaat steunen, zoals in het verkiezingsprogramma ook voor het Limburgs wordt voorgesteld.

Dit is de link waar je het amendement vindt: Groenlinks PvdA amendenmenten tool Volg daarbij zonodig ook de technische uitleg over het ondersteunen van het amendement, te vinden onder FAQ, nummer 9. Je moet een groene knop ‘amendement steunen’ aanklikken.

Groenlinks PvdA amendenmenten toolGroenLinks en de PvdA geloven dat samenwerken ons sterker maakt. Daarom doen we samen mee aan de verkiezingen. O…

Hoort zegt het voort. Bij voorbaat dank mede namens anderen. 

Henk Bloemhoff en Hans Gerritsen